Toen ik twaalf jaar oud was, kwam mijn vader op een avond thuis van zijn werk en riep dat we fietsen zouden gaan kopen. Hij en ik zouden een fietstoer gaan doen. Ik zei: “Oké, pap.” Toen we naar de winkel reden om fietsen te gaan uitzoeken, vertelde m’n vader dat hij een man had ontmoet die Bevil Hogg heette, een Zuid-Afrikaan die een fietswinkel had in Madison, Wisconsin. Bevil zocht iemand die in zijn winkel wilde investeren. Ik dacht meer aan mijn nieuwe fiets en hoorde niet echt wat hij zei. We kochten twee fietsen, een paar fietstassen en een paar kaarten. Mijn vader kondigde aan dat we een week later zouden gaan fietsen van Beaver Lake – waar we woonden – naar Fond du Lac en terug. Dat is een prachtige rit door de heuvels en valleien van de regio Kettle Moraine. Ik denk dat ik nooit meer dan toertjes van 15 kilometer op mijn fiets had gereden en nu zouden we ineens meer dan 100 kilometer op een dag gaan doen. Ik kan me weinig van deze trip herinneren, behalve dat ik ben gevallen op een spoorwegovergang en dat we op het einde van de eerste dag op hele drukke wegen reden en ik bijna door een vrachtwagen van de weg werd gedrukt. Op de tweede dag van onze tweedaagse reis stopten we bij een bar buiten het dorp Monches. Ik dronk limonade en mijn vader nam een paar biertjes voordat we terug op de fiets stapten en richting huis reden. We hadden een geweldige tijd.
Niet lang na deze toer vertelde mijn vader me dat hij samen met Bevil een fietsenwinkel had gekocht in Madison, met de naam Stella Bike Shop. Mijn vader was een zakenman in hart en nieren en was altijd op zoek naar mogelijkheden. Het was puur toeval dat hij Bevil Hogg ooit had ontmoet in een vliegtuig en vanaf dat moment besloot mijn vader zijn interesse in fietsen verder te ontwikkelen.
Na de eerste winkel in Madison openden ze al snel een tweede Stella Bicycle Shop in Champaign, in de staat Illiois. Mijn vader dacht altijd groot en zijn idee was om door het hele land een keten van fietswinkels te beginnen in universiteitssteden. Er was echter één probleem. Het lukte niet. De winkels draaiden verlies en Bevil en mijn vader sloten de winkels in de herfst van 1975. Mijn vader en Bevil leerden dat om succesvol te zijn, je niet gewoon een willekeurig merk kon verkopen. Ze hadden iets speciaals nodig. Geen van de goede merken was op dat moment te koop dus hun oplossing was om dan zelf maar een fietsenmerk te beginnen.
Niemand bouwde echt goede fietsen in de Verenigde Staten. Bevil vond dat ze daarom in plaats van een detailhandelaar te zijn, zelf hoogwaardige fietsen in de VS moesten gaan bouwen. Schwinn verkocht veel goedkope fietsen en kinderfietsen en er waren enkele hoogwaardige Europese merken te verkrijgen, maar vanaf het middensegment tot aan de topsegment was er geen enkele fiets die in de VS werd gemaakt. Het was een uniek idee en iets totaal nieuws.
John Burke President, Trek Bicycle